woensdag 10 maart 2010

Digitale depots in Nederland

In het Archievenblad van maart (nummer 2, 2010) staan verschillende artikelen over e-depots in Nederland: het Centraal Digitaal Depot van JustID, het digitaal depot van het Nationaal Archief, het e-depot van het Gemeentearchief Rotterdam en het e-depot Stadsarchief Amsterdam. (Nu ik het zo achter elkaar zet, valt me op dat ze bij het rijk spreken over digitale depots, terwijl de gemeenten het hebben over e-depots.)
De vier artikelen worden voorafgegaan door een soort review van de hand van Filip Boudrez. En eerlijk gezegd vind ik dat artikel het interessantste, omdat hij een paar vingers op 'zere plekken' legt.
Zo stelt hij vast dat ondanks dat de vier organisaties aangeven dat een e-depot meer is dan techniek, ze alle vier wel heel erg techniek georiënteerd zijn. Waarbij hij zich er impliciet over verbaast dat de organisaties alle vier er nadrukkelijk voor kiezen om fysieke opslag zelf te realiseren.

"Anders geformuleerd, een opslagomgeving is wel een belangrijke voorwaarde, maar vormt niet de essentie van een digitaal archiefdepot. Een digitaal depot is veel meer dan een storageinfrastructuur: het gaat om de processen en om de metadata. In die optiek komt het wat vreemd overdat het Gemeentearchief Rotterdam zijn serverruimte liet auditen om die als 'officiële digitale archiefbewaarplaats' te laten erkennen en die ruimte officieel de naam van 'digitaal depot' geeft."
Illustratief voor de techniek-georiënteerde benadering noemt hij ook het belang dat JustID hecht aan digitale handtekeningen om authentieke en integere archiefdocumenten te archiveren. Volgens Filip zegt een digitale handtekening niets over de authenticiteit en integriteit van een digitaal archiefdocument en verliest de geavanceerde digitale handtekening na verloop van tijd zijn validatie-functie. JustID heeft hier wel over nagedacht (en misschien wel een oplossing voor verzonnen), maar heeft daarmee geen duurzaam antwoord gegeven op het authenticiteits- en integriteitsvraagstuk. Uiteindelijk worden de gegevens uit handtekening en certificaat als metadata bij het archiefstuk opgeslagen.

En dat is het derde pijnpunt dat Filip aanwijst: de metadata. Het OAIS-model beschijft een archiefstuk en zijn metadata als één informationpackage. Dit is (mede) de reden waarom het Felixarchief er expliciet voor kiest om metadata en archiefstuk samen, in één pakketje te bewaren: ze zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Bij alle vier de Nederlandse oplossingen worden metadata en archiefstuk gescheiden van elkaar opgeslagen en lijkt het er op dat er nauwelijks nagedacht is over de duurzaamheid van de metadata.
"De vraag naar de digitaal duurzame archivering van de informatiepackages gaat over de essentiële functionaliteit van een digitaal depot, en confronteert de digitale archivaris met de duurzaamheid of beprekte houdbaarheid van zijn digitale archiveringsoplossing. Het digitaal depot zelf, als archiveringssysteem is door zijn afhankelijkheid ten aanzien van hard- en software niet bestemd om op (middel-)lange termijn operationeel te blijven. Zijn inhoud dient echter wel digitaal duurzaam te zijn."
Ik begreep van Hans Berende dat de artikelen binnenkort ook digitaal beschikbaar komen. Dat is goed, want deze artikelen verdienen een ruimer publiek!

Toevoeging op 11 maart:
E-mail van Hans gekregen. De artikelen zijn hier te vinden.